De zomer nadert zijn einde en Haarlem wordt weer langzaam uit zijn
prettig luieren gehaald. In de stadskantoren nemen bruin verschoten
ambtenaren hun posten weer in. Met frisse moed zetten zij zich aan de
taak de stad weer terug te manoeuvreren in werkstand. Geen geluier meer,
niks geen oogjes dichtknijpen. Over tot de orde van de dag!
Zo rolde gisteren de strenge mededeling het stadhuis uit dat de
gemeente (alweer) strenger gaat toezien op de handhaving van
foutgeparkeerde fietsen op het Stationsplein. Heel goed! Het is er een
rommeltje. Dat ze daarvoor het argument gebruikt van de nieuw geplaatste
terrassen op het plein doet wat kolderiek aan, omdat iedereen die de
zomer in Haarlem achterbleef, weet dat daar nauwelijks iemand zat. Maar
dat terzijde.
Wat verbazing wekt, is dat de gemeente het stallen van fietsen
verbiedt op plekken waar ze logisch staan. Op de dode hoek met de
Jansweg bijvoorbeeld. Die plek wás fietsenstalling, de rekken stonden
niemand in de weg, en werden ook volop gebruikt door bezoekers van de
Beijneshal. Maar ook deze plek moet sinds de komst van de fietskelder
leeg blijven, ook al heeft de gemeente geen enkel voornemen deze plek
anders te benutten. Leeg om het leeg.
Ik wil een frissere blik zo vlak na de vakantie.
Eerder verschenen als '60 seconden' in Haarlems Dagblad van 13 augustus
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten