In de lente en zomermaanden heb ik vrijwel dag en nacht de deur naar mijn balkon open staan, en dat brengt bij tijd en wijle een ongenode gast met zich mee. Muggen zijn daarvan het vervelendst. Niet zozeer het feit dat ze je steken is mijn grootste bezwaar (beetje spuug erop en binnen vijf minuten heb je nergens meer last van), maar dat onheilspellende gezoem om je kop, daar word ik gek van.
Gezoem is ook het bezwaar tegen vliegen, al zou ik dat gezoem eerder als neurotisch dan wel hysterisch willen omschrijven (Bzzz, ik wil hier niet zijn!... Bzzz, waar is de uitgang?!... Bzzz, waar ben ik?!.... Bzzz, nog maar eens zesduizend rondjes door deze kamer dan!... Bzzz! Bzzz!...)
Het rondfladderen van nachtvlinders maakt mij dan weer nerveus. Zo'n beestje stuitert doorgaans zo hartverscheurend verdwaald en overal tegenaan botsend door de kamer, dat het wel mis MOET gaan. Daarbij vraag ik me altijd weer af, of die rendez-vous met de veel te hete gloeilamp wellicht zelfmoordpogingen zijn. Ik zit er 's avonds op de bank niet echt lekker rustig bij.
Maar van de week had ik een intrigerende kleine bezoeker. Een jonge sabelsprinkhaan. Een vriendelijk beestje. Ik heb 'm uiteindelijk wel buiten gezet, dat leek me beter voor het wezentje zelf. Op het balkon heeft hij nog een tijd lang op het glas gezeten waarmee ik 'm had gevangen. En daar vormde hij of zij een meer dan dankbaar fotomodel.
(foto even aanklikken is dit keer echt de moeite waard)
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
2 opmerkingen:
Mooie foto, Richard. PS Nog geen tijgermug in je kamer aangetroffen?
Leon10
Ha, nee! :-)
Een reactie posten